VPRO Gids
Het kan altijd gekker. Neem nu eens dit geval. Een jaar of tien geleden verraste uitgeverij Elmar vriend en vijand toen het met een omvangrijk boek (350 pagina’s) over het fenomeen Tijd op de proppen kwam, geschreven door - houdt u vast: Frits Bom. Wie er kennis van nam moest erkennen dat de Vakantieman een niet onverdienstelijke prestatie had geleverd. Alles zat erop en eraan: relativiteit, Einstein, de Big Bang, ineenstortende heelallen - de hele mikmak. Jammer dat een register, een literatuurlijst en een notenapparaat ontbraken, maar het boek getuigde beslist van belezenheid en interesse. Typisch zo’n boek dat een man in de kracht van zijn leven eens geschreven wilde hebben. Maar zoals we al zeiden: het kan altijd nog gekker. Want een paar weken geleden verscheen bij de Belgische uitgeverij Houtekiet een boek over het universum (titel: Schitterend!), geschreven door de 17-jarige (!) Vlaamse scholier Kris Verburgh. In 350 pagina’s even enthousiast als helder proza neemt hij ons mee naar de wereld van de zwarte gaten, het zonnestelsel, de oerknal, mogelijk ander leven in het heelal, tijdreizen, wormgaten en wat niet al. Dat het in dit boek eveneens aan noten ontbreekt (een literatuurlijst en een register zijn wel opgenomen) is misschien niet zo raar voor wie bedenkt dat Verburgh het gewoon uit zijn hoofd heeft opgeschreven. En dat in pakweg een jaar tijd. Kris Verburgh, als enig kind met zijn moeder (huisvrouw) en vader (chemicus) woonachtig in het dorp Puurs nabij Boom, lijkt het allemaal de gewoonste zaak van de wereld te vinden, al geniet hij best van de losgebarsten media-aandacht (tijdens ons gesprek wordt hij door de NCRV-radio gebeld om de volgende dag in Hilversum te komen opdraven). Hoe is het zo gekomen? Verburgh: ‘Eigenlijk begon het op mijn veertiende. Van de leerkracht Nederlands moesten we een dagboek bijhouden over wat we zoal meemaakten of wat ons speciaal interesseerde. Ik wilde graag over het heelal schrijven en eenmaal bezig bleef ik maar doorgaan. Ik heb vier bladzijden ingediend en dat is later uitgegroeid tot dat boek. Het is eigenlijk een synthese van de vijftigtal boeken over kosmologie en natuurkunde die ik heb gelezen en waar ik de interessantste onderwerpen heb uitgehaald.’ Heel belangrijk voor hem was om de lezer te blijven boeien. ‘Daarom heb ik geprobeerd om het met een beetje humor en wat relativerend op te schrijven. Ik neem me zelf niet te serieus, want ik ben geen wetenschapper. Maar het is precies geslaagd, want de uitgeverij vond het wel tof zo. Er is weinig in de tekst veranderd. Afgezien van schrijffouten die eruit zijn gehaald zijn, hebben ze er eigenlijk niets aan hoeven doen. Toen het af was heb ik het eerst naar een vijftal professoren en astronomen gestuurd. Die waren zo vriendelijk om het na te lezen en ze waren heel enthousiast. En bij Houtekiet stelden ze direct voor om het uit te geven. Ik zei: graag! Ik wist niet dat het zo vlug zou gaan.’ Hoe heeft hij het voor elkaar gekregen om die 350 pagina’s in zo korte tijd te vullen? ‘Ja, ik heb het, alles samen genomen, in een jaar tijd gedaan, vooral tijdens de weekenden en de vakanties. Meestal was ik er in de voormiddag mee bezig. En nooit na school, want dan had ik de hele dag al moeten nadenken. Ik heb er ook niets voor hoeven opzoeken, al heb ik achteraf wel wat dingen gecontroleerd. Maar het is allemaal vanzelf uit mijn handen gevloeid. Misschien dat het daarom wel vlot leest, ik heb niks geforceerd.’ School gaat hem al even makkelijk af. Hij zit nu in het zesde en laatste leerjaar van het hoger middelbaar onderwijs, richting wetenschap en wiskunde. Daarna gaat hij naar de universiteit. Lang heeft hij gedacht dat het natuurkunde zou worden, maar geneeskunde lijkt hem ook erg interessant. ‘Je hebt enerzijds het heelal dat zo onbevattelijk, is, maar anderzijds het menselijk lichaam, die ingewikkelde machine, die ook nog totaal niet te doorgronden is. Er zijn nog zoveel geheimen eigenlijk, dat vind ik ook heel fascinerend. Maar op de universiteit zal ik wel in gang moeten schieten. Daar gaat het niet meer vanzelf.’ Het mooiste boek over kosmologie vindt hij dat van Michio Kaku over hyperruimte. ‘Dat er eigenlijk nog een hele verborgen wereld kan zijn van hogere dimensies. Een wereld die plaats kan bieden aan oneindig veel en oneindig grote heelallen. Maar eigenlijk is alles wel interessant. En er zijn nog zoveel vragen. Wat heeft de oerknal nu precies veroorzaakt? Of waarom is een elektron 1836 keer lichter dan een proton? Kunnen we het Higgs-deeltje nu ook ontdekken? Er zijn fysici die zeggen dat de natuurkunde wel ongeveer af is, maar dat beweerden ze in het begin van de 20ste eeuw ook. Er is nog zo veel mogelijk. In de Middeleeuwen hadden ze toch ook nooit kunnen vermoeden dat we nu met grote stalen vogels over de Atlantische Oceaan zouden kunnen vliegen?’ Sporten als voetballen of wielrennen interesseren hem niet. Wel heeft hij jaren op judo gezeten, doet hij nu aan badminton, en zit hij sinds een jaar op de schaakclub. Maar daar gaat niet alles vanzelf. ‘Schaken is de eerste vijf jaar vooral verliezen.’ Voor de rest gaat hij naar vrienden, bezoekt de cinema of speelt een computerspelletje. En lezen doet hij graag. Niet alleen wetenschappelijke lectuur, maar ook romans. ‘De klassiekers, zoals Dostojwski en Tolstoi, boeken waarin veel levenservaring zit verstopt. De verborgen geschiedenis van Donna Tart vond ik ook heel goed. Kenzaburo Oe lees ik ook graag en nog van alles wat ik te pakken kan krijgen. En science-fiction. Ik wil ook graag blijven schrijven, want dat is wel heel plezant. Misschien dat ik binnenkort eens aan een science-fiction verhaal ga beginnen.’ K. Sluys VPRO gids Kris Verburgh, Schitterend!, 350 p., Euro 18,50, Uitgeverij Houtekiet Faszination universum, zondag, zdf, 19.30-20.15 uur Noorderlicht, dinsdag, radio 1, 11.02-12.00 uur |